Over Gerda Klaver

Even voorstellen…
Mijn naam is Gerda Klaver. Als kleine meid werd mij, net als iedereen, wel eens de vraag gesteld: “Wat wil je worden als je groot bent?” Steevast antwoordde ik dan: “Zendingszuster!” En zendingsverpleegkundige is het geworden! Maar dat word je niet zomaar… de vraag is of de Heere dat ook zo wil, of dat Hij een andere weg voor je heeft. De Heere wil iedereen gebruiken om te werken in Zijn Koninkrijk, ieder met zijn eigen gaven. Maar wat is de plaats die de Heere je wijst? Is dat het van God vervreemde Nederland of een ander land?

Naar Guiné-Bissau 
Voordat de Heere me naar Guinee-Bissau riep (2003), had ik al een hele leerschool in Nederland gehad. Ik heb de hbo-v gedaan en later cursussen ontwikkelingswerk en kinderevangelisatie gevolgd. Ik wilde graag iets met deze kennis doen en bad God wat ik moest doen. Toen viel mij oog op een advertentie van Kimon. Het paste precies bij mij: het werk was een combinatie van kinderevangelisatie en verpleegkunde. Op dat moment werkte ik als verpleegkundige op een chirurgische afdeling, gaf één dag in de week gezondheidskunde op het voortgezet onderwijs en was actief bij asielzoekers- en zondagschoolwerk. Ik wist niet eens waar Guinee-Bissau lag, toen ik de advertentie van Kimon onder ogen kreeg. Maar ik wist wel welke ervaring ik inmiddels had en welk werk bij me paste, omdat ik daarvoor geschikt gemaakt was. Het overbrengen van kennis heeft mij altijd aangetrokken. Leer het anderen, dan kunnen ze het zelf. Hierbij denk ik aan de school, aan het naaiwerk met asielzoekers, aan het leiden van de kinderclub in ons dorp, waar ook weer anderen opgeleid werden. Aan de leerlingenbegeleiding in het ziekenhuis. En nu… aan de gezondheidswerkers en moeders uit de dorpjes van Guinee-Bissau, aan wie ik mijn kennis mag overdragen over gezondheid en ziekte. Maar ook denk ik aan de jongeren, die ik Bijbelverhalen leer vertellen op de kinderclub.

Mijn kinderen 
“Laat de kinderen tot Mij komen”. 
Graag wil ik gehoor geven aan deze opdracht die Jezus Zelf aan Zijn discipelen gaf. In Foia (een plattelandsdorpje) woon ik nu met mijn ooms en tantes. Want elke oudere persoon noem je tiu of tia. Ik heb er nieuwe broers en zussen gekregen en ook kinderen: “Li i bu fiju, hier is je kind.” Met verschillende kinderen krijg je een speciale band, omdat ze erg ziek zijn geweest of om een andere reden. Zoals ‘mijn’ kinderen in Enxude, die bij een natuurgeneesdokter wonen, maar wel mee mogen naar de kerk. Dan, die niet horen kan en Nildie,die niet lopen kan. En wat zijn ze blij als ze met me mee mogen! Ook Etie woont daar, zij heeft een soort reuma waardoor ze erg veel pijn gehad heeft. Gelukkig mag het beter met haar gaan en kan ze nu helpen bij het werk. Ook mag ik zeggen dat het beter gaat, omdat ze de Heere Jezus lief heeft leren krijgen. In 2009 is ze gedoopt. En Quedele (25 -04-2004)…die heel lang m’n zorgenkindje is geweest en die 26 augustus 2011 is overleden.

Ze was gehandicapt. Haar ouders stonden onder druk van de gemeenschap: Want een kind dat niet kan praten en lopen is een slang (een geest) en moet in het bos gelegd worden! Ik probeer de ouders steeds uit te leggen dat ook gehandicapte kinderen waardevol zijn en geschapen zijn door de Heere. Met behulp van een sponsor uit Nederland ondersteunde ik dit gezin ook praktisch (melkpoeder, voedsel, buggy ed). Ook voor haar gold de oproep van de Heere Jezus: “Laat de kinderen tot Mij komen” Bij elk bezoek bad en zong ik met haar en haar familie. En zo kan ik nog wel even doorgaan om te vertellen van mijn kinderen. Zo heb ik heel wat kinderen die van de Heere Jezus mogen horen en er zijn ook nog heel wat kinderen die nauwelijks van Hem hebben gehoord, maar het nog móéten horen!!